De natte droom van de architect
De wind schuurt over bouwrijp polderland.
De platte grond hier heeft nog geen verleden,
kent huis nog tuin en wordt nog maar betreden
door werklui met cement, metaal en zand.
De stad die hier verrijst is van mijn hand.
Elk deel van het bestek heeft wel zijn reden.
Elk toeval in het bouwplan is vermeden,
geen rooilijn of zij kwam bewust tot stand.
Ik wandel door een stad die niet bestaat
maar ken er elke wijk, van groot tot klein.
De mensen op de bouw met wie ik praat
vertel ik elk detail van dit terrein.
‘Ik weet al welke weg hier lopen gaat
en kijk… daar komt de Maximafontein!’